Gignac. Dat kleine plaatsje in de Hérault , de aanstichter van dit blog. Die naam waren we immers vergeten en pas na een ingenieuze ingeving om dan maar de rekeningafschriften te bekijken kwam hij weer bovendrijven, reden om van deze reis in blogvorm verslag te doen. Ook vandaag speelt Gignac weer een rol in ons verhaal.
Het was de dag van vertrek uit Llauro. We maakten ons op
voor een tocht naar de Cevennen, meer precies naar het plaatsje Lanuéjols in de
Cevennen. De wekker ging om kwart voor acht maar dat was eigenlijk geheel
nutteloos want ik was al een tijdje wakker. Goed, tent en de rest van de
spullen ingepakt, dat nam in totaal een klein uurtje in beslag. Om negen uur
reden we het terrein af, uitgezwaaid door Muriël. Een week hadden we hier
gestaan, dat is voor ons doen lang.
Dat we een beetje op tijd weg wilden had een reden. Ten
eerste wilden we naar de Cave Coopérative les Costières van het plaatsje
Pomérols, dat ligt zo’n dertig kilometer oostelijk van Béziers, en ten tweede naar
Gignac om daar nogmaals van de kookkunsten van een van de plaatselijke
restaurants te genieten. De cave was, zo vertelde internet ons, tot 12.30 open
en het restaurant sloot om 14.00 weer de deuren. Dat kwam prachtig uit want het
laatste lag op een half uurtje rijden van het eerste. Kon niet mooier dus.
Goed op tijd, om 11.45, reden we het terrein van de cave
binnen. Dicht! Wat krijgen we nou??? Wel allemachtig, op internet stond
toch….Tja, het stond er wel maar het was niet zo. Dat was wel een flinke
domper. Ons plan was geweest om voor goede vrienden, die door omstandigheden
daar dit jaar zelf niet heen konden, een doosje Beauvignac Vin d’une Nuit mee
te nemen. Dat zouden we dan bij terugkomst afleveren zodat ook zij een indirect
van de Franse zon konden genieten (hoewel die ’s nachts niet schijnt
natuurlijk). Maar dat feest ging niet door. Helaas pindakaas. Sjouk, als je
meeleest, je houdt het nog tegoed!
Redelijk balend reden we door naar ons volgende project,
restaurant La Manine in Gignac. We vonden daar direct een tafeltje in de
schaduw, gelukkig maar want het was 32 graden. De baas kwam naar ons toe en
dirigeerde ons zonder pardon naar een ander tafeltje, veel minder schaduw en om
ons volstrekt onduidelijke redenen. Maar ach, niet zeuren, we waren er en hadden
trek. Het dagmenu was uitgeveegd op het krijtbord maar dat leek ons een
vergissing. Nou, mooi niet. Het was zondag, en dan ís er helemaal geen dagmenu.
Alleen maar à la carte, en wat daarop stond kon ons in het geheel niet bekoren.
Veel te zwaar allemaal in die hitte. Tja, er zat niet veel anders op dan ergens
anders ons heil te zoeken. Nu is het een klein plaatsje maar de horeca is er
goed vertegenwoordigd en zo zaten we op het grote dorpsplein, in de diepe
schaduw en met een heerlijk windje, al gauw aan een bord met fantastische
salades, een heel prettige bediening en uitstekend ijs toe. Dag gered!
We zetten koers naar de camping Domaine des Pradines, dat
was nog een kleine twee uur rijden, binnendoor. En wat een schitterende tocht
was dat! Dwars door de Causses van het gelijknamige Nationale Park dat vlakbij
dat van de Cevennen ligt. De Bleu des Causses komt daar ook vandaan, hetgeen
niet verrassend is natuurlijk. We genoten met volle teugen. Een goedmakertje
van de ochtend, zo leek het.
Uiteindelijk kwamen we aan bij de camping. Het eerste wat
opviel toen we langs de lange oprit aan kwamen rijden was een enorme batterij
aan sterrenkijkers met alle toebehoren. Het zag er zeer professioneel uit.
Nadat we ons hadden gemeld bij de receptie, die er nogal desolaat uitzag,
gingen we op zoek naar een plek. We hadden al gelezen dat het een immens groot
terrein is waar je zelfs in de zomer niet hoeft te reserveren, maar zó groot…We
mochten overal gaan staan waar we wilden. Het deed ons denken aan de plekken in
Amerika waar we in 2019 nog wild gekampeerd hadden. Het was inmiddels tegen
half zes en we zetten voor het gemak ons kleine tentje maar op. Konden we de
volgende dag bekijken welke plek het beste was i.v.m. de zon. Met het obligate
glaasje wijn sloten we de dag vrolijk af, wel dik ingepakt want op deze hoogte
is het dus gewoon koud!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten